Dat de geschiedenis zich niet herhaalt is een dooddoener. In De eindigheid van de wereld laat de Franse historicus en econoom Arnaud Orain juist overtuigend zien hoe het kolonialisme van de zeventiende en achttiende eeuw aan het eind van de negentiende eeuw in een vraatzuchtig imperialisme terugkeert. Het heeft veel weg van de heftige geschiedenis waarin we met de huidige Amerikaanse president verzeild zijn geraakt.
Met deze parallellen biedt hij zo niet een verklaring, dan toch minstens een overtuigende historische achtergrond bij schijnbaar sterk uiteenlopende ontwikkelingen van nu: Chinezen die de Atheense haven Piraeus kopen, de overal verschijnende schoenendozen langs de snelweg, Elon Musk die zich de ruimte toe-eigent met wereldwijde zeggenschap over satellietcommunicatie, autocratiën, zeerovers op verre kusten, gigantische ontbossing voor de verbouw van soja en palmolie en Trump die bij een tandeloos, onthutst Europa botweg Groenland opeist en aast op zeldzame metalen in Oekraïne.
Het originele van Orains boek zit hem in zijn sterk afwijkende periodisering van de moderne geschiedenis en in zijn interpretatie van het kapitalisme uit de laatste vijfhonderd jaar. In zijn perspectief is niet het liberale handelskapitalisme problematisch, want dat veronderstelt concurrentie op een markt. En markten impliceren op hun beurt altijd een zekere mate van transparantie, openheid, evenwicht en regelgeving. Anders kunnen ze niet functioneren. Daartegenover staan echter drie perioden van wat Caroline de Gruyter in haar voorwoord bij de Nederlandse vertaling van dit boek ‘roofkapitalisme’ noemt.
Dit kapitalisme gelooft niet in ongebreidelde groei, maar in schaarste. De ruimte op aarde en de hoeveelheid grondstoffen is beperkt. De wereld is een zero sum game en wat een ander verwerft kun je zelf niet krijgen. Wat de een wint, verliest de ander. Daarom is dit ‘eindigheidskapitalisme’, zoals de auteur het zelf bestempelt, roofzuchtig en gewelddadig. Het vormt monopolies en verwerpt het principe van vrije concurrentie.
Kijk maar naar de handel op zee. Bij de verovering van de Nieuwe Wereld hadden Portugal en Spanje aanvankelijk met zegen van de paus de oceanen onderling verdeeld met het verdrag van Tordesillas (1494). De Spanjaarden de West, de Portugezen de Oost. Alle andere schepen met koopwaar, ook de lokale, werden als piraat of smokkelaar gezien. Toen de VOC zich een eeuw later in Azië begon te manifesteren bediende zij zich van kanonnen en ander oorlogsgeweld om zich handelswaar toe te eigenen. De argumenten voor vrije doorgang op zee kwamen van Hugo de Groot. Orain bestrijdt evenwel met recht dat deze beroemde rechtsgeleerde een voorvechter van maritieme vrijheid was. Want De Groot vocht het monopolie van de Portugezen en Spanjaarden aan, niet dat van de VOC.
Op zee gold het recht van de sterkste en daarom waren de beroemde Indië-vaarders handelsschip en oorlogsvaartuig ineen. Pas in de negentiende eeuw bestond dankzij de almachtige Engelse vloot een tijdlang bijna overal vrije doorvaart, zoals opnieuw na de Tweede Wereldoorlog onder Amerikaanse wereldheerschappij.
Maar deze Pax Americana staat inmiddels alom onder druk. China beperkt in de gedaante van de Houthi’s bij Jemen de route door het Suezkanaal en plundert visgronden over de hele wereld. Veel containerschepen beginnen zich als ‘Oost-Indiëvaarders van de 21e eeuw’ met raketten te bewapenen en het onderscheid tussen handels- en oorlogsvloot vervaagt weer. Zeereservaten worden een dekmantel voor de eigen exploitatie van grondstoffen. De instelling van exclusieve economische zones op zee aan het eind van de vorige eeuw faciliteert monopolievorming, roofzucht en het weren van anderen. 
Het eindigheidskapitalisme streeft naar ‘verticale integratie’. Dat wil zeggen dat een monopolist alle stadia van een product beheerst. Van bijvoorbeeld slavenjacht tot exploitatie van plantages, en van transport en opslag tot verkoop van het eindproduct. Daarbij loopt het repertoire uiteen van invoerheffingen tot politiek beïnvloeding, van chantage tot omkoping of blokkades en van onderhandelen tot deportaties en massaal dodelijk geweld. De genocide op de Banda-eilanden onder Jan Pieterszoon Coen om het monopolie op nootmuskaat te verwerven heeft eenzelfde economische achtergrond als de meedogenloze kolonisering van Afrika door Europese mogendheden en bedrijven aan het eind van de negentiende eeuw. Zo’n periode is de laatste tien jaar opnieuw aangebroken.
De uitdagende eerste zin van De eindigheid van de wereld luidt dan ook: ‘Het is afgelopen met het neoliberalisme.’ Deze zin kondigt direct Orains interpretatie aan van wat nu gaande is, terwijl Europa nog even zoetjes voortdroomt in een gerieflijke roes van vrije concurrentie, democratische besluitvorming en welvaart brengend marktdenken. Orain ziet iets anders: monopolievorming in Rusland, China en de Verenigde Staten waarbij belangen van overheid en bedrijven opnieuw door elkaar lopen. Universele beginselen en internationale verdragen verdampen. Recht wordt recht van de sterkste.
De historische parallellen uit dit boek werpen een ander licht op zowel de Chinese en Russische staatsbedrijven als op monopolisten als Google, Apple, Amazon, SpaceX, Microsoft, Walmart en Facebook, volgens Zuckerberg eigenlijk meer een regering dan een bedrijf. Niet zozeer productie als wel logistiek en transport geven inmiddels de toon aan. Niet de fabriek of de werkplaats, maar het magazijn, ooit in de vorm van statige pakhuizen aan een Amsterdamse gracht en nu deprimerende, gigantische dozen langs de snelweg, met verderop de onafzienbare stapels zeecontainers op schepen en in havens. Grote consortia bepalen in deze opleving van roofkapitalisme wat de producent doet en beheersen de hele keten. In dit ‘magazijnsysteem’ heeft Amazon het voor het zeggen, niet de producent van zeg telefoonaccessoires.
Orain heeft weinig waardering voor het romantische verhaal van historici over de ondernemingsgeest van de VOC en andere compagnieën. Deze zogenaamde eerste multinationals moesten het minder van handel hebben dan van roof en plundering. Ze zijn het beginpunt van een vreeswekkender ontwikkeling. In zijn onromantische geschiedschrijving opereren ook niet primair nationale staten, maar hybride, organisaties zoals de Chinese en Russische staatsondernemingen van nu. Politici in Europa doen er goed aan te beseffen wie in dit tijdperk eigenlijk zeggenschap heeft over de zeebodem, over de ruimte en over cyberspace.
Kunnen we ontsnappen aan het roofkapitalisme? Uit dit boek wordt niet duidelijk waarom eerdere fases ophielden te bestaan. Volgens de auteur kondigt zich op dit moment een strijd aan tussen een ecologisch georiënteerde, democratische economie en een autoritair, agressief eindigheidskapitalisme. Wie dit boek uit heeft houdt zijn hart vast.
Arnaud Orain, De eindigheid van de wereld. Mateloos kapitalisme van de zestiende eeuw tot vandaag. Vertaling Alexander van Kesteren. Uitgeverij Querido Facto, 344 blz.



























